“Nieuwsgierig loop ik het klaslokaal van de vreemde school binnen. Wat er aan vooraf gegaan is weet ik niet. Ik ben een jaar of tien. Op de grond, langs de wanden liggen allerlei instrumenten van de fanfare en ik mag er eentje uitkiezen. Ik kies een bugel (of kiest de bugel mij?).” Zo begint het muzikale leven van Tjeerd.
Tjeerd krijgt wat les en via het jeugdorkest zit hij als 13 jarige in het ‘grote orkest’. “Ik herinner me het eerste optreden en het overweldigende geluid van het orkest en dat ik een brok in mijn keel en de eerste noten niet uit het instrument krijg. Wat een sensatie.”
Op 17 jarige leeftijd, haar op de schouders en een weerstand tegen het uniform met te lange mouwen en te korte pijpen besluit Tjeerd te stoppen met muziek maken. Jaren later en met tussenpozen pakt hij het muziekmaken weer op, neemt les en vordert gestaag in zijn spel. Aansluiting bij de Hanzestadband volgt.
“Ik prijs mezelf gelukkig met het feit dat ik op latere leeftijd nog zó kan genieten van een hobby waar ik als jochie al warm voor liep.”